In april 2021 bracht ASO psychiatrie, Yannick Balthasar, een journal club over conceptuele problemen van de diagnoses antisociale persoonlijkheidsstoornis en pedofiele stoornis. Lees hier het verslag.
Is schadelijk gedrag naar anderen toe een afdoend criterium voor psychische stoornissen?
Conceptuele problemen van de diagnoses Antisociale Persoonlijkheidsstoornis en Pedofiele stoornis
Introductie
Men wijst er op dat aandoeningen, ook psychische, principieel primair schadelijk zijn voor de patiënt, echter ook kunnen zijn voor anderen. Bij enkele diagnoses, m.n. in het bijzonder antisociale persoonlijkheidsstoornis en pedofiele stoornis gaat het vooral over schade naar anderen. De definitie mentale dysfunctie wordt in vraag gesteld alsook of we hier niet spreken over morele eerder dan mentale stoornissen en of deze diagnoses met hun huidige criteria wel op hun plaats zijn in de DSM.
Mentale stoornissen in diagnostische handboeken en schade voor anderen
Men gaat kort in op het belang van het voldoende selectief zijn en evalueren van de diagnoses en criteria in de ICD-10 en DSM-V, de 2 diagnostische classificaties voor mentale aandoeningen en wijst ook op de verregaande implicaties die de diagnosen kunnen hebben, tot in de rechtbanken.
Verder onderscheidt men binnen de persoonlijkheidsstoornissen de antisociale persoonlijkheidsstoornis en ook apart de pedofiele stoornis, als gecontesteerd, vooral door sociaal deviant/crimineel gedrag en benoemt men deze als inherent vice-laden oftewel “ondeugd-beladen” (Sadler – Oxford handbook) met het moreel verkeerd gedrag in de kern van de diagnose.
Pedofiele stoornis en Antisociale persoonlijkheidsstoornis (AsPS)
Verder neemt men de diagnoses pedofiele stoornis en antisociale persoonlijkheidsstoornis onder de loep. Betreffende pedofiele stoornis overloopt men uitgebreid de evolutie van de diagnose, maar problematiseert men dat in de DSM-V enkel schadelijk gedrag naar kinderen toe, voldoende is om aan de stoornis te voldoen, zonder dat men aan de andere criteria voldoet, zoals terugkerende fantasieën of significant lijden op verschillende domeinen. Wordt dan niet een mentale stoornis met immoreel gedrag vereenzelvigd?
Wat betreft de antisociale persoonlijkheidsstoornis haalt men aan hoe bijna alle criteria gestoeld zijn op schadelijk gedrag naar anderen, waarbij herhaaldelijk in vraag wordt gesteld of de AsPS ook wel voldoet aan de algemene definitie van een persoonlijkheidsstoornis. De vraag rijst of de diagnose AsPS bij iemand kan gesteld worden als het criterium van lijden en functionele beperking strikt wordt toegepast. Men maakt hierbij ook regelmatig parallellen met psychopathie, hetgeen in de DSM enkel wordt vernoemd als mogelijk kenmerkend bij AsPS. Men concludeert samenvattend dat strikt gezien veel mensen worden gediagnosticeerd met AsPS die eigenlijk alleen antisociale persoonlijkheidstrekken hebben, die geen mentale stoornis zijn volgens de DSM-V, zeker wanneer men vertrekt vanuit de algemene definitie en niet dadelijk op de criteria.
Men pleit hier in het artikel sterk voor een meer categoriale visie op persoonlijkheidsstoornissen, zoals in de ICD-11 reeds geïmplementeerd wordt. Men stelt de vraag opnieuw in een interim conclusie of schadelijk gedrag naar anderen een voldoende criterium voor een mentale stoornis kan zijn. Deze conceptuele problemen doen vragen rijzen over welke criteria een mentale stoornis definiëren.
De definitie van mentale stoornis
Vanuit een algemeen ziekteconcept bespreekt men verschillende visies over mentale stoornissen en hoe deze te definiëren, waaronder Wakefields “harmful dysfunction” model, waarbij vooral weerhouden wordt dat bij beide diagnoses er toch vooral schade voor de ander is en onvoldoende persoonlijk lijden of functionele beperking op verschillende domeinen. Men beschouwt verder nog 4 modellen van een mentale dysfunctie volgens Schramme, gezien de DSM-V geen consistente definitie biedt, echter kennen deze modellen allen hun beperkingen, waarbij men eigenlijk ook niet tot een besluit hier of aanbeveling komt.
Discussie van de “stoornis” status van Pedofiele stoornis en AsPS
Na een reflectie over neurobiologische vondsten bij patiënten met deze diagnoses, doch de conclusie dat nog geen causaal verband kon aangetoond worden, beschouwt men beiden volgens het dysfunctie criterium. Bij pedofiele stoornis concludeert men na een grondige analyse dat een model bepaald door morele standaarden is gebruikt, waarbij dit wordt gesteund door de historische acceptatie van seksuele activiteiten met kinderen op verschillende tijdstippen, alsook in verschillende culturen. Bij antisociale persoonlijkheidsstoornis wordt als voornaamste beperking besproken dat prosociaal gedrag als “normaal menselijk gedrag” dient bekeken te worden als antisociaal gedrag per definitie dysfunctioneel is. Men trekt deze lijn ook door naar psychopathie, in verschillende visies.
Praktische argumenten voor Pedofiele Stoornis en AsPS als mentale stoornis
Gespecialiseerde hulp verkrijgen alsook comorbiditeiten behandelen kan men zonder deze diagnoses te hoeven stellen. Men haalt wel aan dat aandoeningen geassocieerd aan neurologische ontwikkelingsfactoren laat in de volwassenheid moeilijk te behandelen zijn en het doel van therapie vooral het schadelijk gedrag te voorkomen is.
Men gaat in op medicamenteuze en therapeutische interventies en weerhoudt vooral dat de evidentie hiervoor beperkt en bij AsPS nog geen effect gevonden werd. Het idee dat de diagnoses in deze vorm nodig zijn om onderzoek te faciliteren wordt ondergraven door o.a. psychopathie als voorbeeld. Binnen de forensische context naar bescherming van de maatschappij toe houdt, lijkt de diagnose pedofiele stoornissen, binnen de parafilieën wel essentieel.
Conclusies
Men stelt dat bij “ondeugd-beladen” stoornissen om verschillende redenen de formulatie van criteria zeer voorzichtig dient te gebeuren om verwarring met crimineel gedrag te vermijden. Enkel dit gedrag zou geen stoornis mogen definiëren.
Bij pedofiele stoornis pleit men deze te behouden, doch opnieuw de formulering van DSM-IV aan te nemen én een categorie toe te voegen naast pedofilie en pedofiele stoornis, specifiek voor pedofilie met mentale abnormaliteit voor forensische doeleinden, waarbij er wel schadelijk gedrag is met/zonder lijdensdruk.
Voor antisociale persoonlijkheidsstoornis zijn de contra-argumenten sterker, gezien het gebrek aan persoonlijk lijden / stress onder de aandoening en de sterke correlatie met crimineel gedrag en detentie wijst vooral naar een sociaal en minder gezondheidsgerelateerd probleem. Men pleit hier algemeen voor implementatie van een dimensionele aanpak van persoonlijkheidsstoornissen en concreet het vermijden van de focus op deviant gedrag en stelt de verwijdering van AsPS uit de DSM voor, net zoals gepland reeds bij de ICD-11.
Artikel: Should behaviour Harmful to Others Be a Sufficient Criterion of Mental Disorders? - Conceptual Problems of the Diagnoses of Antisocial Personality Disorder and Pedophilic Disorder – R. Münch, H. Walter and S. Müller – 09/2020 – Frontiers in Psychiatry